Inhoud caddie

GolfMarkt-rapportages

Giolfclubs kunnen sinds 2014 bij de NGF een lokale GolfMarkt-rapportage aanvragen. Zo'n rapportage geeft een club onder meer inzicht in de leeftijden van de eigen leden en het aantal golfers in de regio.

Aan de hand van een lokale GolfMarkt-rapportage kunnen golfbanen en -clubs op regionaal en lokaal niveau de markt monitoren. Een GolfMarkt-rapportage geeft onder meer inzicht in de ledenontwikkeling bij de eigen club. Op basis hiervan kan het clubbestuur of het golfbaanmanagement beslissingen nemen. Als een GolfmMarkt-rapportage geregeld wordt gemaakt, kunnen de effecten van acties en beleidsbeslissingen structureel geëvalueerd worden. Om de cijfers steeds goed te kunnen vergelijken is het van belang dat de invoer van de basisgegevens op clubniveau zorgvuldig gebeurt.

Nieuwsgierig? Vraag een GolfMarkt-rapportage aan voor je club door een e-mail te sturen aan de NGF.

Sturen op leden of op bezetting

Veel golfbanen en -clubs houden basisgegevens bij die vooral gericht zijn op ledeninformatie, zoals de in- en uitstroom, lidmaatschapsduur, speelsterkte, leeftijd, het aantal qualifying scores, etc. Deze informatie wordt uitgewisseld met de NGF en opgeslagen in een centrale database.

Ledeninformatie alleen geeft echter een beperkt beeld. De behoefte aan meer gegevens zal groeien, zeker als het exploitatiebelang van de golfbaan zich opdringt in het dagelijkse clubbestuur en -management (direct bij een verenigingsbaan of indirect als de club gast is op een golfbaan).
Het verdienmodel van de golfsport wordt traditioneel ingevuld door te ‘sturen’ op leden: "als er voldoende leden zijn, is er sprake van een gezonde exploitatie". Hoewel dit model in het verleden goed heeft gewerkt en ook nu nog succesvol toegepast kan worden, zijn er wel enkele kanttekeningen bij te maken.

Een golfbaan is een dienstverlenend bedrijf dat ruimte ter beschikking stelt (starttijden/rondes). De starttijden zijn niet onbeperkt beschikbaar. Clubleden kunnen gaan ‘calculeren’ (ze willen zoveel mogelijk uit hun lidmaatschap halen) waardoor het gemiddeld aantal rondes van een clublid toeneemt. Als sommige leden ‘te veel’ rondes golfen, kan dit ten koste gaan van het speelplezier van anderen én de overige inkomsten onder druk zetten. In zo’n situatie zal er dus niet meer alleen gestuurd moeten worden op aantal leden maar bijvoorbeeld ook op speelfrequentie, baancapaciteit en baanbezetting.

Het is een hardnekkige denkfout te stellen dat sturen op basis van dit soort gegevens alleen een profit-belang dient en niet past in het traditionele non-profit verenigingsmodel. Het heeft immers als doel om vraag en aanbod optimaal op elkaar te laten aansluiten. Dat is uiteindelijk altijd in het belang van de golfer en de golfsport.