Terug naar 4 Praktische maatregelen

Bloemrijke graslanden

meerjarig bloemrijk grasland

Golfen omringd door een bloemenzee vol vlinders, wie wil dat nu niet? Bloemrijke graslanden zijn zeer biodivers en het thuis voor vele vogels, vlinders, bijen en kleine zoogdieren. Ze bestaan uit hoge grassen met veel bloeiende planten. Soms bestaat de rough al uit een bloemrijk grasland, in andere gevallen is er de kans om grasland om te vormen naar bloemrijk grasland.

Om bloemrijk grasland te ontwikkelen zijn er twee methoden.

  • Beheer aanpassen (dit heeft de voorkeur).
  • Een passend mengsel inzaaien.

Welke de beste is hangt af van de uitgangssituatie en hoe snel resultaat gewenst is. Stel jezelf de vraag: is de uitgangssituatie bloemenrijk of bloemenarm?

  • Staan er hier en daar wat bloeiende planten in het ongemaaide grasland? Zie je klavers en margrieten? Of is de rough al bloemrijk? Zo ja, dan is inzaaien niet nodig. Het beheer aanpassen leidt tot betere resultaten.
  • Zijn er veel distels en brandnetels? Dit is een teken dat het grasland heel voedselrijk is. De uitgangsituatie is dan niet ideaal. Het beheer aanpassen is nog steeds de beste optie, maar geduld is nodig voor een bloemrijk resultaat; dit kan tot 10 jaar duren. Graag sneller resultaat? Dan is inzaaien een optie.
  • Staan er alleen maar hoge grassen, ook in een ongemaaide situatie? Ziet het grasland er eentonig uit? Dan is het mogelijk dat er vrijwel geen zaadbank van bloeiende planten aanwezig is. Inzaaien is dan de beste optie.

Het is aan te raden om bij dit proces een ecoloog of ecologisch hovenier te raadplegen.

Graslanden op golfbaan

Stappenplan inzaaien

Om inzaaien tot een succes te maken is een goede voorbereiding noodzakelijk. Dit bestaat uit:

  • passend mengsel selecteren;
  • bodem voorbereiden.

Stap 1: Passend mengsel selecteren

Om een bloemrijk grasland tot een succes te maken is een meerjarig, gebiedseigen zaaimengsel nodig. Dit bestaat uit planten die van nature in de omgeving voorkomen. De lokale omstandigheden bepalen welk mengsel passend is.

  • Wat is de bodem? Zand, klei of veen?
  • Is de bodem nat of droog? Dit kun je het beste beoordelen aan het eind van de lente of begin van de zomer; als de grond dan nog vochtig is, is een mengsel voor vochtige gronden nodig.
  • Is de locatie in de zon of in de (half)schaduw?

Partijen als Heem en Cruydt-Hoeck kunnen met deze gegevens een passend inheems zaaimengsel maken. Er wordt alleen bijgedragen aan de biodiversiteit als er wordt gekozen voor een inheems mengsel dat passend is bij de omgeving en bodemomstandigheden. Ook minder algemene inheemse fauna kan hiervan profiteren.

Stap 2: Bodemvoorbereiding

Om te kunnen inzaaien moet de bestaande vegetatie worden verwijderd. De goedkoopste en beste optie hiervoor is een vals zaaibed. Dit is alleen mogelijk in een droge, warme periode. Bij een vals zaaibed wordt de bodem oppervlakkig gefreesd, ca. 5-7 cm, met een handfrees of kleine machine. Het frezen maakt de bodem los en bewerkbaar. Verwijder de gefreesde zoden en voer deze af. Laat de grond vervolgens 2-3 weken rusten, zodat onkruid kan ontkiemen. Schoffel het onkruid vervolgens en laat het uitdrogen of voer het af. Herhaal dit proces 2-3 keer en zaai dan in.

Stap 3: Inzaaien

De beste tijd voor het inzaaien is in augustus, september of begin oktober. Vermijd zeer droge en natte periodes. Zaai vervolgens breedwerpig in: pak een handje zaad en strooi het over de grond, zo gelijkmatig mogelijk. Bedek vervolgens de zaden met wat grond of zand door dat uit te strooien. Of hark de zaden voorzichtig in. Aan te raden is om na het inzaaien de grond in de eerste weken, zeker bij droog weer, vochtig te houden zodat de zaden kunnen ontkiemen.

Stap 4: Vervolg

In de eerste twee jaar is de kans aanwezig dat vooral eenjarige planten en onkruiden domineren. Niet zelden is het ingezaaide grasland een veld vol raapzaad en perzikkruid, zeker op kleibodems. Raak niet ontmoedigd; bij goed beheer komen de ingezaaide planten vanzelf naar boven.

bloemrijk grasland

Beheer

Beheer van bloemrijk gras bestaat uit maaien en afvoeren. Bij schrale omstandigheden volstaat het om een keer per jaar of zelfs een keer per twee jaar te maaien en af te voeren. Meest geschikte periode van het jaar is dan september-oktober.

Als de bodemomstandigheden voedselrijk tot zeer voedselrijk zijn is het aan te raden twee tot drie keer per jaar te maaien en af te voeren. Bij twee keer per jaar maaien zijn de meest geschikte perioden juni en september-oktober en bij drie keer per jaar maaien is dat april, juni en september-oktober. Door maaisel af te voeren wordt de bodem minder voedselrijk gemaakt. Hierdoor ontstaat een grotere diversiteit aan bloeiende planten.

Maaien wordt bij voorkeur gedaan met een messenbalk en anders met een cyclomaaier op een maaihoogte van >10 cm. Het maaimoment is bij voorkeur bij zonnig, warm weer (>13 graden) na 10.00 uur in de ochtend. Insecten zijn dan opgewarmd en ‘uitgevlogen’.

Maaisel wordt na twee tot drie dagen afgevoerd.

Daarnaast is het heel belangrijk om gefaseerd te maaien. Laat bij elke maaibeurt circa 20-30 % van de vegetatie staan. Hierin kunnen insecten overleven, schuilen en bloemen bezoeken. Wissel de niet gemaaide delen wel af waardoor niet steeds hetzelfde stuk blijft staan.

Terug naar de hoofdpagina van de publicatie Biodiversiteitsontwikkeling op golfbanen: praktische handvatten

Of ga direct naar: