GEO- en Agronomieseminar 2021: "IPM en water"
De bijeenkomst werd gehouden op 17 september in De Oude Herberg in Cromvoirt, vlakbij de baan van Bernardus Golf die in 2021 voor het eerst gastheer was van het Dutch Open. De doelgroep: leden van GEO-, duurzaamheids- en baancommissies, baaneigenaars, -exploitanten, -managers, bestuurders en hoofdgreenkeepers. Het seminar focuste op best practices op het gebied van pesticidevrij beheer (IPM) en water.
IPM (Integrated Pest Management): de stand van zaken
De bijeenkomst werd afgetrapt door Niels Dokkuma, agronoom en teammanager van de NGF-afdeling Duurzaam beheer/Agronomie. Dokkuma toonde de video Waarom duurzaam beheer in golf, waarin NGF-bestuurslid Richard Kooloos de visie van de NGF toelicht.
"Blijf nulgebruik van pesticiden nastreven, met behoud van speelkwaliteit"
Dokkuma legde vervolgens uit wat Integrated Pest Management is en hoe de toepassing van IPM geïntegreerd is in OnCourse Nederland, de portal die clubs en banen gebruiken om duurzaam golfbaanbeheer te borgen. OnCourse maakt het toepassen van IPM gemakkelijker voor clubs en zorgt ervoor dat we over nationale data beschikken. Die data zijn belangrijk bij belangenbehartiging van de golfsport in gesprekken met de overheid. Het advies aan alle clubs en banen: "Blijf nulgebruik van pesticiden nastreven, met behoud van speelkwaliteit." Om dat goed te doen, is het belangrijk om schadedrempels op te stellen.
IPM: best practices
Koert Donkers van de NGF-afdeling Duurzaam beheer/Agronomie besprak best practices bij het toepassen van IPM. Hij wees er onder meer op hoe belangrijk het is om de juiste grassoorten te gebruiken, de juiste voorwaarden voor grasgezondheid te creëren en data te verzamelen. Het is met name van belang om het organische-stofgehalte en het vochtpercentage in de greens te meten. Donkers besprak ook de Handreiking pesticidevrij beheer en ging nader in op het uitvoeren van een IPM-nulmeting en het vaststellen van schadedrempels. In zijn presentatie verwees hij naar de factsheets van de Golfalliantie (NGA-NGF-NVG) die clubs helpen bij duurzaam golfbaanbeheer. Ook verwees Donkers naar de interviewserie Wetenschap & praktijk. In deze reeks korte interviews geven wetenschappers uitleg over complexe onderwerpen zoals biodiversiteit, ecosysteemdiensten en het bodemleven.
IPM in de praktijk
Jannes Landkroon, hoofdgreenkeeper van Golfclub Amelisweerd en voorzitter van de Nederlandse Greenkeepers Associatie (NGA), ging in op IPM en pesticidevrij beheer in de praktijk. Landkroon besprak enkele documenten die voor hem als leidraad dienen, zoals Precision Fertilisation (Sterf) en The Disturbance Theory (Richard Windows, STRI). De NGA-voorzitter stelde de vraag: "Wat hebben we in ons vak geleerd en wat zijn we in de loop der tijd vergeten?" Het antwoord: het draait om "maintaining the green" (de Britse visie) en niet om "growing grass" (het vroegere Amerikaanse perspectief).
"Registreren vergt discipline maar is het waard"
Landkroon besprak de uitdagingen waar hij mee te maken heeft en ging hierbij onder meer in op het handmatig verwijderen van onkruid en mechanische bestrijding. Ook Landkroon wees op de noodzaak om data te verzamelen: "Registreren vergt discipline maar is het waard." Tot slot benadrukte hij het belang van een goede samenwerking tussen de opdrachtgevers en het greenkeepersteam. Dat wordt samengevat in het NGA-slogan "Greenkeepen doe je samen".
IPM en speelkwaliteit
De presentatie van Ernst Bos, adviseur cultuurtechniek, sport en golf, ging over het creëren van speelkwaliteit zonder pesticiden. Hij legde uit wat IPM is - "Van bestrijden naar preventie" - en besprak wat er op dit gebied mogelijk is.
"De beste preventie? Een hele goede grasmat!"
De vraag is: wat kun je doen zonder gewasbeschermingsmiddelen? Bos geeft antwoorden op die vraag in de Handreiking Pesticidevrij Sportgrasbeheer, een boekwerk dat van zijn hand is. In Cromvoirt ging Bos gedetailleerd in op het creëren van voorwaarden. "De beste preventie? Een hele goede grasmat!" Dat betekent een grasmat die gesloten is maar ook weer niet te dicht is. Een grasmat met geschikte grassoorten, met diepe en gezonde wortels en in een gezonde en weerbare bodem. Bos ging in zijn presentatie ook in op het heilzame effect van 'rust' voor een grasmat ("Soms is weloverwogen niks doen beter"), het belang van monitoring, het vaststellen van schadedrempels en stressmanagement.
Water: de stand van zaken
Het tweede deel van het seminar ging over water. Mede door klimaatverandering is water een actueel thema met verschillende uitdagingen. De NGF zal hier dan ook de komende jaren nog nadrukkelijker op inzetten. Niels Dokkuma vatte de uitdagingen samen. We hebben onder meer te maken met periodieke overvloed, droogteperiodes (die tot beregeningsverboden leiden), watervervuiling en verzilting. Het is van groot belang dat de golfsport zich voorbereidt op deze uitdagingen en de afhankelijkheid van water minimaliseert. Bij het ontwikkelen van een visie en strategie op dit gebied moeten we ons realiseren dat water geen instrument is om het gras groen te houden. Het gaat om het in leven houden van het gras en het behoud van een goede speelkwaliteit. Dokkuma sprak onder meer over het profijt dat we hebben van waterbesparende beregeningstechnologie en van een goede selectie van grassen (soorten die bij ons klimaat passen). Ook besprak hij de mogelijkheden om regenwater op golfbanen te bergen. Daarvan profiteert niet alleen de golfbaan maar ook de omgeving. In droge buitenlandse gebieden is een golfbaan zonder eigen waterberging een onmogelijkheid en de trend is dat waterberging voor alle golfbanen in de wereld noodzakelijk wordt. Tot slot kondigde Dokkuma aan dat er in de winter van 2021-2022 een NGF-publicatie over duurzaam watermanagement op golfbanen zal verschijnen. Deze publicatie is een opvolger van de leidraad 'Droge voeten, duurzame golfbanen'. Deze brochure vind je onderaan de NGF-pagina De volgende grote uitdaging voor golfbanen: water.
Kunnen waterschap en golfbaan elkaar helpen?
Mark van Kruining, beleidsadviseur waterbeleid van de Unie van Waterschappen, besprak de uitdagingen waarmee het Nederlandse waterbeheer te maken heeft, van zeespiegelstijging tot wateroverlast, van lang aanhoudende droogte en hitte tot bodemdaling. Ook golfbanen hebben in toenemende mate met deze wateruitdagingen te maken. Het goede nieuws is dat waterschappen en golfbanen elkaar kunnen helpen bij het oplossen en voorkomen van waterproblemen. Golfbanen kunnen bijvoorbeeld bijdragen aan het vasthouden van water voor droge periodes, aan ontharding en aan het verbeteren van de waterkwaliteit.
"Treed in contact met je eigen waterschap"
Van Kruining gaf verschillende concrete voorbeelden van wat golfbanen kunnen doen - maatregelen die goed voor de golfbaan en de samenleving zijn. Omdat elke golfbaan anders is, omdat de ene baan op klei ligt en de andere op zand, adviseert Van Kruining om in contact te treden met het eigen waterschap. Zo kun je in overleg met elkaar gerichte maatregelen nemen en in sommige gevallen profiteren van co-financiering van eventuele investeringen. Je lokale waterschap kan je hierover informeren.
Wateruitdagingen en -kansen op golfbanen
Lonneke Schilte, senior adviseur beheer & onderhoud watersysteem van Waterschap De Dommel, ging nader in op actuele en toekomstige wateruitdagingen en -kansen. In de omgeving die het Waterschap De Dommel beheert, is langdurige droogte nu al een groot probleem met als gevolg beregeningsverboden. Beregening zal steeds meer aan banden gelegd worden en daarom is het nodig om regenwater zo goed mogelijk vast te houden.
"Met goed watermanagement ben je als golfbaan minder weersafhankelijk"
Schilte besprak verschillende concrete voorbeelden van maatregelen die golfbanen kunnen nemen, van waterberging tot peilgestuurde drainage. Sommige maatregelen, zoals het plaatsen van stuwtjes, worden gesubsidieerd. Door de juiste maatregelen te nemen, wordt de afhankelijkheid van grondwater en regen minder groot. Schilte: "Met goed watermanagement ben je als golfbaan minder weersafhankelijk, dat is een gezamenlijk belang van golfbanen en waterschappen." Daarnaast lichtte Schilte toe hoe duurzaam golfbaanbeheer en het verhogen van de biodiversiteit op het golfterrein bijdraagt aan een betere kwaliteit van het water. Schilte schaart zich achter het advies van Van Kruining: "Ga met je eigen waterschap in gesprek; dan kun je als golfbaan je meerwaarde laten zien en in gezamenlijk overleg je positieve bijdrage vergroten."
Waterkansen en best practices
Koert Donkers behandelde een aantal best practices op het gebied van watermanagement.
"We spelen golf op gras, niet op een kleur"
Met een citaat van Jim Arthur, auteur van het bekende boek Practical Greenkeeping, onderstreepte hij dat het draait om grasgezondheid, niet om de kleur van de golfbaan: "We spelen golf op gras, niet op een kleur." Belangrijke voorwaarden voor duurzaam watermanagement zijn onder meer: de juiste grassoorten, kennis van de ondergrond, dataverzameling en een goed beregeningssysteem. Een investering in beregening betaalt zich terug. De vochtmeter is in de ogen van Donkers een van de belangrijkste tools van een greenkeeper. Droogte is een sluipmoordenaar, als je wacht totdat droogte zichtbaar is, ben je al te laat. Donkers verwees in deze presentatie naar de factsheets van de Golfalliantie over effectieve beregening en het creëren van een juiste water- en luchthuishouding.
Water(beheer) op de golfbaan
Arijan van Alphen, hoofdgreenkeeper van de Oosterhoutse Golfclub, was de laatste gastspreker. Volgens Van Alphen is zoet water in de toekomst het nieuwe goud. De hoofdgreenkeeper gaf enkele voorbeelden van zijn ruime ervaring met beregening. Van Alphen bevestigt dat contact met het lokale waterschap van groot belang is. Het leidt tot inzicht in vergunningen, waterbuffering en -hergebruik. In het geval van de Oosterhoutse heeft contact met het waterschap tot een betere kwaliteit van het beregeningswater geleid. Beregening brengt veel kosten met zich mee: de kosten van water, elektra en personeel. Om inzicht te krijgen in besparingsmogelijkheden moet je dus eerst inzicht krijgen in de verschillende kostenposten. Vervolgens zijn er volgens Van Alphen een hoop manieren waarop water en geld bespaard kan worden. Hij noemde hierbij onder meer het gebruik van vochtmeters en het plaatsen van het juiste type sproeier op de juiste plekken.
Regiobijeenkomsten in oktober 2021
Het GEO- en Agronomieseminar werd afgesloten door Niels Dokkuma. Hij adviseerde baanbeheerders een bezoek te brengen aan het Nationaal Golf & Groen symposium. Informatie over het symposium is te vinden op de NGF-kalender.